maandag 2 november 2015

SinterKees

'Het is herfst, de blaadjes vallen'  is de eerste regel van het gebarenliedje Als het regent, als het stormt. In het liedje combineer ik het thema herfst met het thema Sint Maarten.
Ik steek deze les vooral in op het thema herfst, volgende week komt Sint Maarten wel aan de beurt.
In veel lokalen staat een herfsttafel. Ze zijn zoals gebruikelijke aangekleed met blaadjes, kastanjes, plastic paddenstoelen (rood met witte stippen) en bijna overal een spinnenweb. Ik zelf vertel een verhaal over mijn vriendje Kees. Als ik in de herfst 's morgens de tuin inloop, kom ik hem altijd tegen en dan maak ik altijd een praatje met Kees. Vandaag is Kees zelf mee naar school gekomen. Ik zet een vrolijk muziekje op en haal Kees  achter de piano tevoorschijn. Kees blijkt een, toch wel behoorlijk grote, nep spin te zijn. Op de vrolijke muziek klimt hij omhoog langs mijn arm, fluistert wat in mijn ene oor, klimt over mijn hoofd naar mijn andere oor om mij goedendag te wensen en vervolgt zijn weg. Op weg naar de leerlingen...
Sommige leerlingen zie ik verbleken, andere zie ik zenuwachtig giechelen met hun buurman, slechts een enkele kijkt stoer. Ik kijk of de eerste van het rijtje leerlingen een niet al te grote angsthaas is en laat Kees via de grond naar de voeten van de eerste leerling lopen. Al gauw kruipt hij omhoog langs de benen, via hand en armen, richting hoofd. Het is opmerkelijk hoe de reacties  van de leerlingen kunnen verschillen.
In de klas waar het verstandelijk niveau het laagst is, wordt er het minst gereageerd op Kees. Voor hen is Kees, wat het is: een harig rondje met 8 pijpenragers. Het kietelt wel een beetje als die pijpenragers over je hand schuiven of langs je nek glijden. Dat is voor sommige prettig, voor anderen wat minder. Hoe dan ook: no big deal.
Kinderen met meer verbeeldingsvermogen zien echter een reusachtige spin op zich afkomen. Het verschil tussen hun verbeelding en de werkelijkheid zien zij niet. Ik laat Kees even een schoen aanraken, maar als ik merk dat dit voor een leerling al te eng is, laat ik de verschrikkelijke spin snel naar een volgende klasgenoot lopen. 
De meeste leerlingen spelen het spel mee. Hoewel zij griezelen als Kees bij hun omhoog klimt, lachen ze achteraf trots als Kees bij hun buurman is aanbeland. Bij sommige zit Kees trots op hun hoofd, anderen vinden dat nog net wat te ver gaan.
De stoerste leerlingen zeggen meteen dat Kees nep is. Als zij oog in oog staan met Kees weten ze dat soms opeens niet meer zo zeker. Giechelend hopen ze dat hij snel naar de buurman kruipt. Als hij voorbij is herhalen ze nog even dat ze gelijk wel gezien hadden dat het een nepper was.
Binnenkort komt die andere Grote Nepper weer met zijn stoomboot naar Nederland. Voor de een een verkleedde man met een prikkelige baard, voor de ander het meest spannende wat je kunt overkomen en voor sommigen een nepper, die toch wel heel echt lijkt als ie voor je neus staat. Hoewel elke leerling anders is, valt het voor hen allen niet mee om al die (schijn)werkelijkheid te bevatten. Ik hoop dat ze een grote doos zelfvertrouwen op hun verlanglijstje zetten.

1 opmerking: