maandag 8 februari 2016

Vier jaargetijden in één les

Als ik de klas van juf J binnenkom, zie ik B weggedoken zitten. Ze verstopt zich achter haar armen, zodat haar gezicht niet te zien is. Als ik haar naam zing bij het beginliedje, zie ik toch een voorzichtig handje zwaaien en kijkt ze me vanachter een arm aan. Ik zie een stiekeme glimlach. Tijdens het volgende liedje speelt ze weer verstoppertje en zie of hoor ik niks van haar. Ze lijkt toch geen beste dag te hebben.

In de klas gaat het over de winter. Als ik klaar ben met het liedje over de grote Eskimo, laat ik rustige muziek horen. De Eskimo’s zitten in hun warme iglo en bewegen sloom. Ik ga samen met juf J de leerlingen langs en laat hun armen langzaam op de muziek wiegen. Als ik bij B ben aangekomen zie ik haar nog steeds in haar ik-ben-er-niet-stand zitten. Ik weet uit ervaring dat het geen zin heeft om haar te dwingen mee te doen. Ik hou mijn handen uitnodigend voor haar. Ik verwacht eigenlijk dat ze niet zal reageren, maar plotseling legt ze haar handen in de mijne. Hoewel ze lichamelijk contact meestal schuwt bewegen we nu hand in hand met onze armen in de lucht. Even laat ze zich leiden, maar dan zij neemt de leiding over. Op de muziek zweven onze arme door de lucht. Haar winterslaap is voorbij, een lentedans is begonnen. We genieten er beide van.

Even later laat ik zien dat Eskimo’s als ze buiten zijn, snel moeten bewegen om het niet koud te krijgen. Ook nu maken juf J en ik weer een rondje langs de leerlingen, waarbij we vooral de benen laten bewegen op de snelle muziek. Ik zie uit mijn ogenhoeken dat als juf J bij B is aangekomen, zij zich inmiddels weer totaal heeft teruggetrokken. Wat J ook probeert, ze reageert niet meer. Het was een korte lente, de winter is weer teruggekeerd.
 
Er zijn meer leerlingen waarvan het gedrag moeilijk te voorspellen is. De ene les doen ze volop mee, genieten ze aan alle kanten, een volgende les zijn ze nauwelijks te bereiken. Het blijft dus elke keer een zoektocht naar de juiste pagina van de gebruiksaanwijzing. Soms heb je die zo gevonden, soms kun je zoeken wat je wilt. Maar als je eenmaal de goede snaar geraakt heb, dan is het ook dubbelop genieten. Zoals bijvoorbeeld van V. Zij zit gevangen in haar rolstoel. Ze praat nauwelijks, af en toe zoekt een eenzaam woord zijn weg. Aan het einde van de les zegt zij meestal: ‘Klaar, weg’. Nu zegt ze echter goed verstaanbaar: ‘Tot ziens, tot de volgende week.’ Ze lacht een brede voorjaarslach. Het lijkt al bijna zomer.
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten